Behandeling CLV

Behandeling cutane vasculitis
Cutane vasculitis als gevolg van infecties dan wel medicamenten;
De meeste patiënten met cutane-vasculitis hebben geen medicijnen nodig.
Eventueel is tijdelijk bedrust houden een optie als bloedvaten in de huid heftig ontstoken zijn en bij pijn in de gewrichten. De behandeling is indien nodig vooral ondersteunend om de pijn te verzachten met eenvoudige pijnstillers zoals paracetamol.
Niet-steroïde anti-inflammatoire geneesmiddelen (NSAID’s) zoals ibuprofen, diclofenac en naproxen kunnen helpen als de gewrichtsklachten hevig erger zijn.
Soms zijn medicijnen nodig bij voorbeeld als de huid stuk is gegaan en er zweren zijn ontstaan.. Voorbeelden van medicijnen zijn Dapson, colchicine en/of hydroxychloroquine. Zwaardere behandeling kan nodig zijn (zie hiervoor behandeling bij GPA/ MPA/ EGPA/IgA vasculitis/ cryoglobulinemische vasculitis dan wel PAN).
Belangrijk is daarnaast natuurlijk de uitlokkende infectie te behandelen dan wel het medicament te staken welke de cutane vasculitis in gang heeft gezet

Cutane -vasculitis met persisterende huidafwijkingen
Colchicine kan overwogen worden als de huid langer dan 3 maanden actief blijft of wanneer er sprake is van terugkerende opvlammingen van de huid. In dit geval kan ook voor Dapsone gekozen worden.

Cutane-vasculitis met veel klachten en een hoge BSE
Soms kan het nodig zijn prednisolon (oraal als tablet of drank en soms via een infuus), te geven

Cutane vasculitis als gevolg van een bindweefsel aandoening
Zie hiervoor de behandel informatie van de geassocieerde aandoening.

Urticariële vasculiti
Urticariele vasculitis moet worden onderscheiden van urticaria. Urticaria (netelroos, galbulten) zijn jeukende huidafwijkingen die in de regel binnen enkele dagen restloos zijn verdwenen. De behandeling is gericht op het remmen van histamine (anti-histaminica [= H1-blokkers], H2-blokkers, montelukast en soms omalizumab of andere zwaardere medicijnen). Urticariele vasculitis wordt gekenmerkt door dezelfde klachten als bij de urticaria, echter de huidafwijkingen verdwijnen in de regel niet restloos en een biopt laat typische vasculitis afwijkingen zien. Soms is het onderscheid lastig of komen beide tegelijk voor. Daarom kan er in 1e instantie soms gekozen worden voor een behandeling zoals die ook bij urticaria gegeven wordt.

Stap 2 in de behandeling zijn bijvoorbeeld prednisolon te samen met dapsone, colchicine dan wel hydroxychloroquine.
Bij ernstige urticariële vasculitis met betrokkenheid inwendige organen wordt meestal gestart met mycophenolate mofetil, methotrexate, azathioprine, dan wel cyclosporine. Cyclofosfamide is zelden nodig daarnaast zijn de volgende biologicals in opkomst rituximab, anakinra, canakinumab, and omalizumab .

Hypo-complementemische urticariële vasculitis
De ziekte wordt gekenmerkt door een laag complement (meestal C1q, C3 en C4)en is geassocieerd met een veelheid aan onderliggende aandoeningen. Naast de algemene behandeling die gelijk is aan de behandeling bij urticariële vasculitis (zie hierboven) is het belangrijk de onderliggende aandoening op te sporen en te behandelen.